Lesson completed.

You got 60 of 90 possible points.

Your score was: 67 %

U heeft minder dan 70% goed. Het is zinnig de stof nog eens goed te bestuderen, vooral de vragen die u fout had.

Question Results

Score 10 of 10

Question:

Neuro-structures-Nl 3

Response:

Neuro-structures-Nl 3

Dropzone	Correct Answers	Your answers
thoracic splanchnic nerves	thoracale splanchnische zenuwen	thoracale splanchnische zenuwen
spinal nerve	(ramus anterior van) spinale zenuw	(ramus anterior van) spinale zenuw
plexus hypogastricus inferior	plexus hypogastricus inferior	plexus hypogastricus inferior

Score 10 of 10

Question:

Neuro-structures-Nl 5

Response:

Hoe heet de zenuw die met een sterretje is aangeduid?

Answers	Your Answer	Correct
ramus posterior van spinale zenuw
ramus anterior van spinale zenuw
ramus communicans albus
ramus communicans griseus

Score 10 of 10

Question:

Neuro-structures-Nl 14

Response:

Welke structuur/structuren is/zijn aangeduid met een blauwe rechthoek? Ze liggen rondom de oorsprong van a. mesenterica superior.

Answers	Your Answer	Correct
Plexus en ganglia mesenterica superior
Plexus en ganglia mesenterica inferior
Lumbale splanchnische zenuwen
Thoracale splanchnische zenuwen
Plexus en ganglia coeliacus
Truncus vagalis anterior en posterior

Score 0 of 10

Question:

Neuro-structures-Nl 7

Response:

Welke opmerking is van toepassing voor de zenuw die met een sterretje is aangeduid?

Answers	Your Answer	Correct
Hij is ongemyeliniseerd
Hij verbindt een autonome zenuw met een somatische zenuw
Hij verbindt een paravertebraal ganglion met een prevertebraal ganglion
Hij bevat somatisch sensorische zenuwvezels

Score 0 of 10

Question:

Autonome zenuwstelsel NL 8 - Dissectie beeld

Response:

U ziet een dissectiepreparaat van de binnenzijde van de linker thorax helft. De long en de pleura zijn verwijderd om daarachter liggende zenuwstructuren vrij te leggen. Men ziet de wervelkolom, ribben, de truncus sympathicus en intercostale zenuwen. Een aantal structuren die tussen de truncus sympathicus en de intercostale zenuwen verlopen, zijn aangewezen. Welke structuren betreft het?

Answers	Your Answer	Correct
Rami communicans (albus)
Thoracale splanchnische zenuwen
De prevertebrale plexi en ganglia
Takjes van de nervus vagus
Rami anteriores van de intercostale zenuwen

Score 10 of 10

Question:

Neuro-structures-Nl 10

Response:

Welke zenuwstructuren bevinden zich binnen de blauwe rechthoeken?

Answers	Your Answer	Correct
Lumbale splanchnische zenuwen
Plexus en ganglia mesenterica superior
Truncus vagalis anterior en posterior
Thoracale splanchnische zenuwen
Plexus en ganglia mesenterica inferior
Plexus en ganglia coeliacus

Score 10 of 10

Question:

Neuro-structures-Nl 17

Response:

Welke structuren behoren tot de paravertebrale ganglia?

Answers	Your Answer	Correct
ganglia mesenterica superius
ganglia van de truncus sympathicus
ganglia coeliaca
preaortale ganglia
ganglia aorticorenale
ganglia mesenterica inferius

Score 10 of 10

Question:

Autonome zenuwstelsel NL 6 - Dissectie beeld

Response:

U ziet een dissectiepreparaat van de binnenzijde van de linker thorax helft. De long en de pleura zijn verwijderd om een daarachter liggende langgerekte zenuwstructuur vrij te leggen. Deze is met pijlen aangegeven. Welke structuur betreft het?

Answers	Your Answer	Correct
De prevertebrale plexi en ganglia
De nervus vagus
De thoracale truncus sympathicus (sympathische grensstreng)
Een thoracale splanchnische zenuw

Score 0 of 10

Question:

Autonome zenuwstelsel NL 2 - Sympathicus routes

Response:

De animatie toont de route van de sympathische innervatie naar bepaalde doelorganen. De synaps vindt plaats in een ganglion in de truncus sympathicus (= een paravertebraal ganglion), op het niveau van intreden in de truncus sympathicus (= sympathische grensstreng), of hoger (niet afgebeeld), waarna het doelorgaan bereikt wordt via splanchnische zenuwen. Welk(e) doelorganen/doelorgaan betreft het?

Answers	Your Answer	Correct
Thoracale organen: hart, longen, luchtwegen, oesophagus.
Bijniermerg.
Buikorganen: lever, maag, milt, pancreas, nieren, darmen en bekkenorganen: rectum, blaas, uterus, prostaat en uitwendige geslachtsorganen.
Bloedvaten, zweetklieren, arrector spiertjes van haartjes van de huid (kippevel), dilatator pupillae (pupil-verwijdende spier).